Een vlooienbesmetting komt veelvuldig voor bij onze huisdieren. Dit leidt vaak tot heftige jeuk: bijten/krabben en soms een vlooienallergie of hotspot. Uit onderzoek is gebleken dat 99% van de vlooien (ei, larve, pop) in de omgeving zit en slechts 1% op uw huisdier. Uw hond of kat kan dus last van vlooien hebben terwijl u geen vlo kunt vinden, katten poetsen zich enorm goed en eten de vlooien voordat u ze vindt. Vaak bevat de vacht wel vlooienpoepjes (zwart/bruine korreltjes).

Om zich te kunnen voortplanten heeft de vlo een bloedmaaltijd nodig, waarna de vlo tot honderden eitjes kan leggen welke in de omgeving op de grond vallen. Na 6 – 8 weken, ontwikkelen deze eitjes, via een larf en popstadium tot nieuwe vlooien. Deze voortplantingscyclus gaat binnenshuis ook ’s winters door.

Sommige honden en katten hebben een allergie voor vlooienspeeksel. Eén enkele vlooienbeet kan dan zorgen voor een allergische reactie waarbij uw huisdier enorme last krijgt van jeuk en of huidontstekingen die kaalheid, roodheid en soms korstjes achter op de rug, buik en liezen de veroorzaken. Om de cyclus van de vlo tijdig te doorbreken voordat er nieuwe eitjes gelegd kunnen worden.
Ons advies is preventief behandelen met een spot-on elke 4 weken.

Verder kan de vlo kan ervoor zorgen dat uw huisdier geïnfecteerd raakt met lintwormen. Deze infectie wordt opgelopen door het opeten van een besmette vlo. Vlooien zijn een tussengastheer ten behoeve van de voortplanting van lintwormen. Lintwormen zijn zelden zichtbaar, zij kunnen echter als rijstkorrelachtige stukjes uit de anus van uw huisdier kruipen.
Naast goede vlo-bestrijding is dus ontworming van uw huisdier met vlooien zeer belangrijk.